In Italië was de dood van zanger-producer Carmelo La Bionda groter nieuws dan hier het overlijden van Vader Abraham. La Bionda speelde dan ook een sleutelrol in de ontwikkeling van de wereldwijd bekend geworden Italo disco. Zijn grootste successen beleefde hij als producer van Righiera’s Vamos A La Playa, dé zomerhit van 1983. Een zonnige, onbezorgde dansplaat met een duister kantje.

Daarover vertelde Arthur Weststeijn afgelopen zondag in het onvolprezen radio-programma OVT (Radio1). Het was begin jaren tachtig en jongeren probeerden te ontsnappen aan de angst voor een atoomoorlog. In Nederland scoorde Doe Maar hun eerste nummer 1 hit met De Bom.
Vamos A La Playa (‘Laten we naar het strand gaan’), klinkt bedriegelijk als een vrolijke strandhit, maar behandelt dezelfde thematiek als Doe Maar’s hit uit diezelfde doemperiode.
Zo zingen de Itanianen Stefano Righi en Stefano Rota (vreemd genoeg in het Spaans):

Laten we naar het strand gaan
De bom is ontploft
De straling roostert
En kleurt blauw

De nu redelijk amateuristisch ogende clip bij het nummer werd niet toevallig opgenomen in Spaanse streek Palomares, waar in 1966 een B-52 met vier atoombommen aan boord crashte. Op het strand inderdaad.

Er is op internet nog een demoversie van Vamos A La Playa te vinden die Righi – toen nog onder de naam Johnson Righeira – twee jaar eerder (in 1981) opnam. Daarin klinkt het nummer veel duisterder dan in de later zo succesvolle bewerking van producer Camela La Bionda.

Hier te beluisteren op YouTube

Niet zo verwonderlijk, want behalve een liefhebber van Italiaanse pop was Stephano Righi ook fan was van electro en new wave. In zijn versie klonk Vamos a la playa als een kruising tussen Kraftwerk en Depeche Mode. Minder hitgevoelig, maar het past beter bij een nummer dat het einde van al het leven op aarde aankondigt.

Zie ook:
Carmelo La Bionda maakte van Vamos a la playa een vederlichte zomerhit met een sinistere boodschap
‘Vamos A La Playa’: Cover Songs Uncovered